Terugblik op 2018
Net als in de afgelopen jaren besteed ik ook in 2018 een klein stukje van mijn kerstvakantie aan het doorspitten van de vogelwaarnemingen die door mij en door enorm veel anderen zijn gedaan in ons immense werkgebied. De eerste conclusie is elk jaar dat er in veel opzichten weinig verandert (zo zijn er in 2018 ongeveer 350.000 waarnemingen ingevoerd, nauwelijks meer dan een jaar eerder, waarvan 65% over vogels gaat, net als een jaar eerder), maar dat er ook elk jaar verrassende dingen gebeuren. Die conclusie trek ik ook dit jaar. Graag neem ik u aan de hand van nijmegen.waarneming.nl mee door het afgelopen jaar.
De 230.000 vogelwaarnemingen die zijn ingevoerd, zijn gedaan door zo’n 1800 waarnemers; beide getallen liggen iets hoger dan vorig jaar. Tien waarnemers leverden de helft van deze waarnemingen aan, waarbij de top-3 (GJC, LG, CvR) elkaar nauwelijks ontloopt en volledig los staat van de rest.
Van deze 230.000 waarnemingen is ongeveer 75% ingevoerd via ObsMapp (60%) en iObs (13%); net geen 25% is afkomstig van losse waarnemingen, ingevoerd via de website.
Zoals ook in 2017 voert de Buizerd de lijst aan met meest ingevoerde soorten. Soorten die in de afgelopen twee jaren niet in de top-15 gevonden werden maar nu wel zijn Koolmees, Winterkoning en Houtduif. Zij zijn binnengekomen ten koste van soorten die er in een of twee van de afgelopen jaren wel in stonden. Torenvalk, Groene Specht en Knobbelzwaan kunnen nog voor plek 20 worden aangetroffen, maar de IJsvogel die in 2016 nog elfde stond met 2600 waarnemingen vinden we nu pas op plaats 83. Net iets meer dan duizend keren ingevoerd… Helemaal aan de andere kant van de lijst staan soorten die slechts één of twee waarnemingen hebben. Hierbij horen aansprekende soorten als Breedbekstrandloper, Eider, Kwak, Reuzenstern en Steenloper.
De totale lijst van 2018 telt 238 vogelsoorten. Het gaat hierbij om ‘zekere’ en niet-extreem-dubieuze waarnemingen die niet onder embargo staan. Het betreffen alleen inheemse soorten. Dit aantal is exclusief Engelse, Noordse, Rouwkwikstaart en Siberische Tjiftjaf, die geen eigen soortstatus hebben, maar inclusief beide barmsijzen die nu eens als aparte soorten worden beschouwd en dan weer ondersoorten vormen van de ‘Barmsijs’.
Iedereen heeft zo zijn eigen ‘mooiste waarnemingen van het jaar’. Hieronder volgen enkele van mijn eigen favorieten.
Voor ongeveer heel vogelliefhebbend Nijmegen en omstreken begon 2018 waar 2017 ophield. Althans, dat dacht ik toen ik op 1 januari even langs de Zwartbuikwaterspreeuw aan de rand van de Ooijpolder ging. Ik verwachtte dat ik velen, de zogenaamde jaarlijsters, aan de kant zou moeten duwen, maar ik bleek zowaar de enige. Lekker in alle rust heb ik genoten van deze prachtige vogel die tot eind maart aanwezig zou blijven. Wat een lekker begin.
Als het wintert en het hele landschap bevroren is, behalve een paar plekjes waar nog water stroomt, dan zijn díe plekjes de moeite waard. IJsvogels en Grote Zilverreigers houden zich er staande, allerlei zangvogeltjes komen er drinken en soms komt een Witgat of een Watersnip voorbij. Slechts zelden had ik bij zo’n stroompje het geluk een Bokje te zien voordat het opvloog. En nooit eerder was het mij gelukt om een Houtsnip écht te kunnen bekijken, zonder dat hij mij in de gaten had. Gewoon rustig foeragerend in plaats van gedrukt of opvliegend. Dit jaar lukte dat wel, na een gouden tip.
De winter leverde verder andere leuke waarnemingen op, zoals van Rode Wouw, Roodhalsgans en een grote groep Goudplevieren in de eigen gemeente (die laatste deden het dit jaar tijdens de voorjaarstrek sowieso erg goed in het binnenland!) en van een Pestvogel in Wijchen. Het voorjaar bracht mij mijn eerste regio-Buidelmees en Zwarte-Wouw-vanuit-huis en op de eerste dag van juni was ik één van de malloten die door het bos sjokten op zoek naar de gemelde Kleine Vliegenvanger. Zien lukte niet; het bleef bij horen.
Maar dat maakt mij doorgaans niet uit. Van Ortolanen zie ik meestal niet heel veel meer dan een langstaartig, krachtig vliegend beest waarvan ook het geluid niet echt spectaculair te noemen is. Toch is dit misschien wel de soort die mij in 2018 het meeste plezier gegeven heeft: drie live-waarnemingen kon ik doen vanaf de trektelposten. Maar vooral het feit dat Ortolanen ook ’s nachts in best leuke aantallen over blijken te trekken, zelfs over mijn eigen huis, was erg vermakelijk. Ruim dertig geluidsrecorderwaarnemingen, verdeeld over twee plekken… Ga, als je eind augustus niets te doen hebt, maar een nachtje in je tuin liggen als je een leuke nieuwe tuinsoort wilt bijschrijven!
Mijn grootste aantal leuke waarnemingen van leuke soorten komt vrijwel altijd vanaf de trektelposten. Dit jaar blijven Grote Pieper (alleen gehoord, maar wat een heerlijk geluid!) en Smelleken (prachtig gezien en heel lang kunnen volgen tot hij vrijwel recht over het hoofd vloog) mij bij. Hetzelfde geldt voor een Visarend, net niet op ooghoogte. En de Velduil die voor mijn neus opvloog. Of die lekker late Zwarte Wouw die samen met zijn rode neef zuidwaarts trok…
Verder was het even geleden dat ik in de regio een Witvleugelstern zag, dus die eigengemeentetwitch van een eerstejaarsvogel bij de Gebrande Kamp was erg prettig (en stressvol als je van zijn aanwezigheid hoort als je op je werk bent…). Wat liet ‘ie zich mooi zien! Samen met drie Zwarte Sterns, die er eigenlijk alleen bij de eerste blik erg op leken, maar waar hij na beter kijken heel gemakkelijk tussenuit te pikken viel.
En in dezelfde categorie (‘nagelbijten totdat je eindelijk je werk achter je kunt laten’) past moeiteloos de Bruine Boszanger, die was teruggevonden na een ringvangst en waarvoor eenmalig toegang was verleend in afgesloten gebied: hulde! Ik kwam precies op tijd aan en kon hem meerdere keren horen roepen en langs de waterrand zien sneaken, terwijl vele kilo’s Spreeuwen in het rietland om ons heen neerploften en het licht langzaam uit ging.
De soort van het jaar was natuurlijk de Steppevorkstaartplevier. Ik heb hem twee keer gezien, steeds op grote afstand. Maar dat maakt de waarnemingen voor mij niet minder mooi. Zo zie je maar wat er allemaal ontdekt kan worden door je eigen omgeving grondig uit te kammen. Hopelijk zijn ook in 2019 velen in de gelegenheid om buiten te zijn. Niet alleen om achter waarnemingen aan te rennen, maar vooral ook om zelf waarnemingen te doen. Wie ontdekt de klapper van 2019? Een ding is zeker: het gebeurt buiten!