Loenense Buitenpolder

Loenense Buitenpolder


kaartje-loenense-buitenpolder

De Loenense Buitenpolder is een langgerekte uiterwaard langs de noordoever van de Waal ten westen van Nijmegen. Het is een gebied met uitgestrekte kale graslanden, zandstranden en twee wielen die getuigen van oude dijkdoorbraken: de Zwarte Kuil en de Grote Kolk. Binnendijks ligt het landgoed Kasteel Loenen pal langs de dijk.

De uiterwaard biedt in de winter ruimte aan tal van ganzen waartussen met wat geluk en geduld soms leuke soorten als Roodhalsgans of Kleine Rietgans gevonden kunnen worden. Ook Wilde en Kleine Zwanen behoren dan tot de mogelijkheden evenals het trio Brilduiker, Nonnetje, Grote Zaagbek. Diverse eendensoorten vinden er ook onderdak. Zes Larus-soorten (meeuwen) kunnen in het gebied verblijven waaronder Geelpootmeeuw en Pontische Meeuw.

In de trektijd kunnen tal van steltlopers de uiterwaard aandoen. Wie een overvliegende Wespendief of Rode Wouw wil zien moet regelmatig ook het luchtruim in de gaten houden. Kiekendieven behoren tot de verleden tijd maar Buizerd, Sperwer, Havik, Torenvalk, Boomvalk en Slechtvalk absoluut nog niet.

In de zomer zijn Kneu, Roodborsttapuit, Graspieper en Putter min of meer vaste bewoners.

De Loenense Buitenpolder wordt in 2017 een uiterwaard waar de historische rivierstrang zo is verbreed en uitgediept, dat rivierdynamiek weer vrij spel heeft en waar Porseleinhoen en Kwartelkoning weer leefgebied kunnen vinden. Deze natuurwaarden worden gecombineerd met de aanleg van struinpaden; ruimte voor de mens in de beleving van de waard.

Het Loenense Bos van landgoed Kasteel Loenen is zeker de moeite waard en vormt door zijn relatieve geslotenheid een fraai contrast met het open rivierenlandschap. Het landgoed bestaat al meer dan duizend jaar. Het adellijk huis dat er nu staat is een jachtslot dat even na 1800 gebouwd is op de plek van een voormalig Middeleeuws kasteel. Het wordt omringd door een nat essen- en eikenbos.

Huis Loenen
Huis Loenen

Een breed scala aan zangertjes kan in de bomenlanen gehoord en met wat meer moeite gezien worden. Grauwe Vliegenvanger moet kunnen evenals het Vuurgoudhaantje. In het voorjaar kan wellicht de Middelste Bonte Specht gehoord en/of gezien worden. Zijn kleinere en grotere broertje huizen er ook.

Er kan een vervolg gegeven worden aan het vogelen in deze omgeving met een bezoek aan het iets noordelijker gelegen strandpark Slijk-Ewijk.

Het is een grote plas met recreatie als hoofdfunctie maar ook voor vogelaars heeft deze plas het een en ander te bieden. Dat geldt zeker buiten het hoogseizoen. Een telescoop is gezien het formaat van de plas geen overbodige luxe.