Klompenwaard

Klompenwaard

Langs de noordoever van de Waal ligt op de splitsing van Waal en Pannerdens Kanaal de Klompenwaard. De Klompenwaard is in 2000 helemaal op de schop gegaan en heeft een heel ander uiterlijk gekregen. Van een doorsnee graslanduiterwaard is het gebied veranderd in een reliëfrijk en een hoogdynamisch rivierenlandschap. Een mooi startpunt voor een wandeling in de vrijtoegankelijke Klompenwaard is een rondje om Fort Pannerden. Vanaf de wallen van het fort kijk je over de top van de Nederlandse Rijndelta, een magnifiek uitzicht!

Ook is het een mooi oriëntatiepunt voor de Klompenwaard zelf. In het zuidoosten ligt de Pannerdense Kop; in het oosten (aan de overzijde van het Pannerdens Kanaal) de Aalscholverkolonie van de Lobberdense Waard; in het zuiden (aan de overzijde van de Waal) de Millingerwaard en naar het noorden kijk je uit over de Klompenwaard zelf (met op de achtergrond het fantastische Kasteel Doornenburg, waar Floris ooit opgenomen werd). Vanaf het fort zie je in de Klompenwaard van west naar oost een steeds hoger wordend rivierduin, ruige droge graslanden, een nevengeul en plassen met slikkige oevers en als laatste de hoogwatervluchtplaats voor de Koniks en Galloways die hier grazen. Bij het fort is het goed vogelen. Kauwen, Holenduiven, Zwarte Roodstaarten, Bergeenden en Kerkuilen broeden op en in het fort. Braakballen van Kerkuilen kun je regelmatig op wallen vinden, vooral onder de houten hekken. Over het fort zie je regelmatig groepjes Aalscholvers en Blauwe Reigers vliegen op weg naar de broedkolonie in het moerasbos aan de overkant en ’s winters op weg naar de slaapplaats in de Millingerwaard.
Op de Pannerdense Kop en op het rivierduin achter de nevengeul broeden veel Veldleeuweriken en Graspiepers. In de winter kun je hier allerlei kleine vogels vinden die de zaden in de ruigtes opeten. Er zitten dan groepjes met Kneu, Putter, Veldleeuwerik, Rietgors en soms zelfs Europese Kanarie.

Ruigte met Late Guldenroede, Zwarte Mosterd en Boerenwormkruid - foto: Twan Teunissen In de steilwanden langs de nevengeul broeden Oeverzwaluwen en Kleine Plevieren lopen op de slikkige oevers. In de trektijd zitten er allerlei steltlopers en eenden. Langs de ondiepe plassen broeden regelmatig Kluten en Kleine Plevieren en ook hier zitten steltlopers zoals Bos-, Zwarte en Groenpootruiter, Bontbekplevier, Zilverplevier, Kleine Strandloper en Krombekstrandloper. In 2002 werd hier een Reuzenstern gezien.
In de winter vriezen de nevengeul en de plassen niet snel dicht en hier zitten dan veel eenden en ganzen. Boven de ruigtes in het hele gebied zwerven vooral in de winter roofvogels zoals Blauwe Kiekendief, Buizerd en Torenvalk.
Behalve voor vogelfanaten is de Klompenwaard ook een plantenparadijs. Zeldzame stroomdalplanten als Grote centauri, Hongerbloempje, Brede ereprijs, Tripmadam, Duifkruid en Beemdkroon groeien op of bij het fort en op het rivierduin. Op de oevers van plassen, nevengeul en rivier vindt je allerlei bijzonder soorten en rare adventieven van Druifkruid en Slijkgroen tot Tomaat en Blauwe winde.

De Klompenwaard is goed bereikbaar en te overzien vanaf de dijk van Doornenburg richting het Pannerdense Veer, maar heeft als nadeel dat je meestal tegenlicht hebt. Met de fiets kun je ook nog vanaf de Waalbandijk tot bij Fort Pannerden komen. De Klompenwaard is (behalve Fort Pannerden zelf) helemaal vrij toegankelijk voor wandelaars, dus ga te voet dwars door het gebied heen en geniet er van. Hou voor je eigen veiligheid voldoende afstand (25 meter) tot de wilde Konikpaarden en Gallowayrunderen.

Nevengeul met Kattestaart - foto: Twan Teunissen

 

 

 

 

 

 

 

In de zomer is de Klompenwaard ook vanaf de Millingerwaard te bereiken. Er vaart dan een voetveer van het Colenbrandersbos naar de camping in Gendt. Vanaf Camping Waalstrand is het dan nog tien minuten fietsen.
Het veer vaart in mei en juni in de weekenden, in juli en augustus de hele week en in september op de zondagen.

Ook is het mogelijk om vanuit de Ooijpolder vanaf Millingen het voetveer naar Pannerden te pakken (in de winter op de ongelijke uren en ’s zomers ieder uur). Aan de overkant ga je dan links richting Pannerden. Je fietst langs de Aalscholverkolonie van de Lobberdense Waard en op de dijk ga je weer links. Je komt nu vanzelf bij het Pannerdense Veer. Deze veerboot brengt je naar de overzijde waar een paar honderd meter naar het zuiden de ingang van de Klompenwaard ligt.