Gendtse Waard

Gendtse Waard

Gendt-kaart

De Gendtse Polder is een uiterwaard aan de noordoever van de Waal. Het gebied is voor een klein deel onbekaad (de waard). Een groot gedeelte is wel omgeven door een dijk (de polder). In het gebied ligt een grote moderne steenfabriek en op de oeverwal staan relatief veel huizen.
Gendt-01
Aan de westkant van de Gendtse Polder ligt het onbekade deel. Water van de rivier kan hier vrij in en uit stromen. In dit deel van de Gendtse Polder komen dan ook in het hele jaar overstromingen voor. Een gedeelte van dit gebied bestaat uit slikvlaktes en ruige modderige graslanden. In dit dynamische gebied broeden Gele Kwikstaarten, Graspiepers en afhankelijk van de waterstand Kluten en Kleine Plevieren. In het verleden verbleven drie Steltkluten in dit gebied waarvan een paar zelfs een broedpoging deed, helaas overstroomde de nestplaats en verdwenen de vogels. In voor- en najaar zijn langs de oevers van de plassen allerlei steltlopers te zien en ’s winters zoeken groepen vinken en piepers voedsel op de ruige oevers.
Aan de Waaloever liggen jonge rivierduinen. Deze rivierduinen zijn ontstaan nadat het oude hoge rivierduin in 1986 werd afgegraven. Op het rivierduin is de laatste jaren een prachtige begroeiing met stroomdalplanten ontstaan en plaatselijk liggen kale platen zand. Op het rivierduin broeden plaatselijk de Veldleeuwerik, Tureluur, Graspieper en Gele kwikstaart. Op een ruig begroeid stuk duin broeden Grauwe Ganzen en Krakeenden in brandnetelpollen.

Gendt-02Iets naar het zuiden toe ligt het Vossegat, een zandwinplas die sinds tientallen jaren langzaam dichtslibt met klei en vooral zand. Pal langs de rivier is hierdoor een uniek terrein ontstaan met golvende zand en grindbanken begroeid met wilgen en zwarte populieren. Wie het voorwoord van Oomen in ‘Vogels van de Ooijpolder’ heeft gelezen kan zich hier misschien voorstellen hoe vroeger de Hoekse Waard er uit zag. Niet zo gek want Oeverlopers die vroeger broedden in de Hoekse Waard, broeden nu weer onregelmatig op deze plek in Gendt. In de struwelen op de zand- en grindbanken broeden de laatste jaren Gekraagde Roodstaarten en steeds meer Grasmussen. Langs de plas broeden Kleine Plevieren en Bergeenden. Gedurende het hele jaar zijn op het Vossegat veel eenden en ganzen te zien. ’s Winters slapen duizenden ganzen op de plas.

In het bekade deel van de Gendtse Polder liggen een aantal resten van strangen en oude kleiputten. Veel van de oevers zijn begroeid met ooibos, plaatselijk liggen prachtige moerasjes en het water is op veel plaatsen begroeid met een rijke watervegetatie. In dit gebied liggen een aantal grote beverburchten en de sporen zijn makkelijk te vinden. In dit gebied broeden veel moeras- en watervogels zoals Grauwe Gans, Blauwborst, Sprinkhaanzanger, Dodaars, Krakeend, Slobeend en Zomertaling. In de jonge ooibossen broeden steeds meer bosvogels waaronder Sperwer, Buizerd, Groene Specht en Boomkruiper en het wachten is hier op ander soorten als Boomklever en Kleine Bonte Specht. En misschien dat dit wel het eerste gebied wordt waar sinds lang Kwakken gaan broeden, deze vogel is er de afgelopen twintig jaar al meerdere malen gezien.

De graslanden in het bekade deel zijn nogGendt-03al soortenarm. Daar waar dertig jaar geleden de laatste Kemphanen van de Gelderse Poort broedden zaten twintig jaar geleden nog tientallen paren Grutto en nu rest nog een handvol Kieviten. In natte jaren is het soms wat beter. Graslanden zijn dat tot eind mei kletsnat en laagtes staan dan vol met water. Eenden en steltlopers lopen dan op plaatsen waar normaal koeien grazen. Groepjes Kemphanen, Groenpootruiters, Bonte Strandlopers en Bergeenden kun je dan mooi bekijken vanaf de dijk bij de Nederlands Hervormde kerk van Gendt. In deze jaren broeden dan ook Zomertalingen en Tureluurs op plaatsen waar ze in droge jaren spoorloos zijn.
Een groep die goed boert op de graslanden zijn ganzen. ’s Winters grazen er duizenden Kolganzen, honderden Grauwe Ganzen, tientallen Toendrarietganzen en de laatste jaren steeds meer Brandganzen. Tot een paar jaar geleden waren Brandganzen hier behoorlijk zeldzaam maar nu kom je er soms honderden tegen, net zoals in de Bemmelse Waard. Typisch is dat ten zuiden van de Waal in de Ooijpolder en Duffelt Brandganzen een stuk minder algemeen zijn.

Op de bebouwde oeverwal kom je typische erfvogels tegen. Putters broeden er in tuintjes net zoals Grauwe Vliegenvanger en Steenuil. Op een paar plaatsen broeden nog Huiszwaluwen en bij de steenfabriek zitten Zwarte Roodstaarten.

In de toekomst gaat er veel veranderen in het gebied dat is aangewezen als natuurontwikkelingsgebied en bovendien moeten er maatregelen genomen worden om water tijdens hoogwater sneller te kunnen afvoeren. Dit betekent dat een aantal zomerdijken worden verlaagd, geulen worden gegraven en het hele terrein in de toekomst jaarrond extensief zal worden begraasd. Hoe het gebied er precies uit zal gaan zien is nu nog niet duidelijk. Wel duidelijk is dat wie over twintig jaar in Gendt rondfietst meer moeras, meer ooibos, meer ruige graslanden en meer water zal zien.

Vanaf de dijk is het goed vogels kijken en met de fiets kun je een rondje over zomerdijken en de toegangsweg van de steenfabriek fietsen. Wandelen kan over het pad door ooibos en langs moeras in het Staatsbosbeheer terrein en over de zand en grindbanken bij het Vossegat vanaf de steenfabriek. Korte insteekjes zijn op een paar andere plaatsen te maken.

Gendt-04